than strip your television's electric plug-wire,
wrap a spike around it, and then stick it back into the wall.
See what blows, and how far."
(Stephen King - On Writing)
Well, let's see if it blows, shall we?
woensdag 22 juni 2011
Nieuw beeld
1.
Met een half oog kijkt ze naar de tv, terwijl haar moeder aan de telefoon maar tegen haar blijft praten. Ze knikt af en toe, en realiseert zich te laat dat de ander dat niet kan zien.
“Ja natuurlijk luister ik, mam, maar – ”
Haar onafgemaakte zin blijft in de lucht hangen, maar Hannah is opgesprongen en zit nu op nog geen meter van het beeldscherm.
De nieuwslezer vertelt over de rellen in Vancouver na een verloren ijshockeywedstrijd en de foto die daarna alle voorpagina's heeft gehaald. “Tussen twee politielinies liggen een man en vrouw op de grond. Onduidelijk is of de twee elkaar kussen, of dat één van hen gewond is.”
Voor Hannah laat de foto weinig aan de verbeelding over. Daar, midden op straat, ligt haar broer met een schaars gekleed meisje in zijn armen. Zij buigt zich naar zijn kus toe, terwijl zijn hand zich op een dubieuze plek bevindt. Om hen heen rennen mannen in uniform alle kanten op en te midden van die chaos beleeft haar broer een haast filmisch moment van roem. Zelfs de belichting klopt.
“Mam, zet de televisie even aan, dit wil je zien. Ik geloof dat Scott een nieuwe vriendin heeft.”
2.
Iedere generatie heeft een boegbeeld nodig. Iemand die ons laat weten dat alles goed komt, zelfs als er op iedere straathoek gevochten wordt en een land schipbreuk leidt.
Met elke golf narigheid die we achter ons laten slaat er een nieuwe over ons dek. Niemand kijkt achterom, er is geen tijd, want aan de horizon doemen de donkere koppen van nieuwe golven.
Soms gebeurt er echter iets dat licht op het dek werpt; tussen de rellen blijkt nog steeds liefde te kunnen groeien. Opeens zien we hoe triest onze ogen staan, hoe smerig onze wangen zijn en hoe het zout van jaren ons haar heeft laten vervilten. We worden extatisch en binden dit nieuwe beeld zonder aarzelen aan de boeg. “Op naar betere tijden,” schreeuwen we. “Nu weten we de weg!”
Niemand vraagt ooit wat beelden willen.
Onvermijdelijk komt altijd het moment dat ze weer terug in zee worden geworpen. Een nieuw ideaal is opgevist, het weer is omgeslagen of men heeft simpelweg zijn geloof verloren in het oude beeld. Zeemannen zijn net zo grillig als het water dat ze bevaren, en een gevallen boegbeeld rest niets dan zinken.
Zover zijn we nu echter nog niet. Eerst moet dit paar nog naar huis, onbewust van morgen en de foto die hun leven zal veranderen. Met bonzende hoofden zullen ze in slaap vallen, zonder het gebrul van de naderende zee te horen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
deze vind ik prachtig.
BeantwoordenVerwijderen